Voorkant kaart. Tekening P.Urban.

Voorkant kaart waarop sekswerkers hun handtekening kunnen zetten tegen registratie. Tekening P.Urban

Sinds 2008 wordt er gewerkt aan een wet om de prostitutie in Nederland beter te reguleren opdat misstanden worden voorkomen. Dit begon met de wens om een Kaderwet te ontwerpen.

Kaderwet

Door de wetswijziging van 2000 waardoor de opheffing van het bordeelverbod een feit werd, konden gemeenten hun eigen regelgeving op de prostitutie loslaten. Dit had in de praktijk tot gevolg dat er grote verschillen tussen de gemeenten ontstonden. Enkele politieke partijen, waaronder D 66, opperden toen dat het mogelijk een goed idee is om een soort Kaderwet te maken, om net als in de horeca enige uniformiteit te verkrijgen. In de Derde Rapportage van de Nationaal Rapporteur Mensenhandel (2004) kwam dit voorstel ook aan de orde.

2003

In 2003 houdt De Rode Draad een congres. De Kaderwet komt aan de orde omdat zowel sekswerkers als exploitanten last hebben van de grote verschillen tussen gemeenten. Tevens hoopt De Rode Draad dat door middel van een kaderwet gemeenten werden gestimuleerd eindelijk arbeidswetgeving in de prostitutie toe te passen. Aan het eind van het congres houdt Hendrik Wagenaar een slotrede en waarschuwt dat een Kaderwet waarschijnlijk geen oplossing gaat bieden.

Wagenaar had gelijk. In plaats van een Kaderwet – een bundeling van bestaande wetten met de nadruk op arbeidsrecht- kwam er niet. In plaats daarvan gaan er stemmen op om de prostitutie sterker te gaan reguleren. Dit alles culmineert in de Wet Regulering Prostitutie (WRP).

149 sekswerkers laten op een kaart weten dat ze tegen registratie van hun gegevens zijn. een kernpunt in de wet.

149 sekswerkers laten op een kaart weten dat ze tegen registratie van hun gegevens zijn. een kernpunt in de wet.

2007

De Rode Draad meent in 2007 nog steeds dat een kaderwet een bijdrage kan leveren aan het realiseren van de langverwacht positieverbetering voor sekswerkers mits er in de kaderwet bepalingen komen voor een transparante bedrijfsvoering en een handreiking om de arbeidsrechten nu eindelijk eens toe te passen. Om uit te vinden of dat mogelijk is, gaat een medewerker te rade bij Prof. Wim Voermans, de deskundige die rond 2000 was geconsulteerd toen de wetswijziging op het bordje van de gemeenten kwam te liggen.

Dhr. Voermans was ooit betrokken bij de gesprekken van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) over de modelverordeningen voor prostitutiebedrijven. De gemeenten wilden heel veel in de melk te brokkelen krijgen, waardoor er ongetwijfeld differentiatie zou optreden. De grote vraag was toen: hoe kun je verantwoord differentiëren? Alles moest mogelijk zijn binnen de begrenzing van de wet. Aan de onderkant betekende dit dat je het prostitutiebedrijven niet onmogelijk mocht maken; de bovengrens werd gevormd door bestaande wetgeving op het gebied van arbeidsrecht, volksgezondheid en andere nationale wetgeving. De vuistregel is dat je alles wat je aan de gemeente kunt overlaten, je aan de gemeente moet overlaten.

Een kaderwet betekent meestal een bundeling van bestaande wetten. (…) Het symbolisch karakter komt doordat je alle algemene regels die toepasbaar zijn op het betreffende beleidsterrein bij elkaar zet. Dat maakt het afdwingen ‘dringender’. En het wordt meteen duidelijk wat de rol van de landelijke en wat de rol van de plaatselijke overheid is. Je kunt elementen die er al zijn in de kaderwet codificeren. Je kunt in ieder geval zeggen wat niet kan en dat betekent dat je vanuit een bloemlezing van bestaande wetten de regels kunt stellen. Verder ben je vrij om van alles onder de aandacht te brengen. Met een kaderwet kun je de naleving van bestaande wetgeving gemakkelijker afdwingen.

Een modelcontract op het gebied van arbeidsrelaties kan NIET in een kaderwet worden opgelegd. In Nederland kun je nu eenmaal geen overeenkomst tussen burgers opleggen. Wel kun je regelen dat de burgemeester het toezicht houdt. Het gaat immers om de openbare ruimte. Dit laatste wordt niet beperkt tot de openbare weg maar het omvat alles wat uitstralingseffecten heeft op ruimtes waar veel publiek komt.

Voor het bereiken van goede resultaten met een kaderwet zijn er twee voorwaarden:

–          voor de handhaving moet er een goede coördinatie komen.

–          ‘Je moet een slim systeem hebben dat kan piepen, dus een al of niet publiek meldpunt’.

2008

Minister Hirsch Ballin ontwierp  een soort kaderwet, wat de latere Wet Regulering Prostitutie werd,waarin de volgende elementen naar voren kwamen:

  1. De nuloptie. Dit betekent dat gemeenten ervoor kunnen kiezen prostitutiebedrijven binnen hun grenzen te weren. Deze wens was door hem als CDA Tweede Kamerlid al geuit tijdens de debatten over de wetswijziging van 2000. Hij vond toen geen gehoor omdat het onmogelijk is op gemeentelijk niveau iets te verbieden wat op landelijk niveau legaal is.
  2. De verhoging van de minimale leeftijd voor prostituees van 18 tot 21.
  3. Vergunningen voor individuele sekswerkers. (Dit zou in latere versies van de wet vervangen worden door een registratieplicht).
  4. Strafbaarstelling van klanten van illegale sekswerkers.

Dit was niet wat De Rode Draad voor ogen had met een kaderwet waarin de rechten van sekswerkers werden gebundeld. Zij ondertekent met een aantal andere organisaties een document met kritiekpunten.

2008:  Diverse organisaties schrijven het zogeheten verzameldocument. Download  het hier. Klik hier voor een reactie op het voorstel van Hirsch Ballin.

Andere belangrijke stukken uit 2008: Kamerstukken  uit 2008: Het wetsvoorstel

Nota van Hirsch Ballin 2008

Nota naar aanleiding van het verslag.

Achterkant kaart

Achterkant kaart protest tegen registratie

2009

De denktank werd opgericht. Dit was een gremium waarin deskundigen, ervaringsdeskundigen en sekswerkers deelnamen. Dit werd getrokken door st. Soa- aids, later Soa Aids Nederland. Later wordt dit Seks Werk Expertise. De Vereniging Vrouw en Recht (Clara Wichmann instituut), – ook deelnemer van de denktank-  krijgt een grote rol in de kritiek op het wetsvoorstel.

2009: De Raad van State spreekt met mensen uit het veld, onder andere met de ketenregisseur mensenhandel en een medewerker van De Rode Draad. Later plaatst De Raad van State kritische kanttekeningen bij het wetsontwerp. In 2009 organiseert St.Soa aids Nederland het eerste van twee politieke ontbijten. Bij die gelegenheden spreken Tweede Kamerleden met deskundigen en mensen uit het veld.

2010

De Rode Draad krijgt weer subsidie, onder meer voor voorlichting over de Wet Regulering Prostitutie en de registratie die daarbij zou horen. De Rode Draad accepteert dit. Ook al is men het niet eens met registratie, de sekswerkers die onder dit regime willen werken, moeten toch informatie krijgen. Dit wordt haar niet in dank afgenomen. Tot overmaat van ramp beweert de minister van Veiligheid en Justitie, Opstelten dat het de taak van De Rode Draad is weerstanden tegen registratie weg te nemen.

Documenten uit 2010

Oproep tot protest tegen de pasjes.

Protesten van sekswerkers:

Kamerstukken: 2010 TK en  2010 TK aanhangsel

Het kabinet valt. Maar de Wet Regulering Prostitutie wordt niet controversieel verklaard.

2011

De Tweede Kamer wijst de individuele vergunning, de zogeheten peespas af. Maar er moet een andere manier van registreren komen, vindt men. De vraag hoe het dan wel moet, blijft de gemoederen bezig houden. Hoe moeten klanten weten of ze met een al of niet geregistreerde sekswerker te maken hebben? Dit probleem gaat verder de wereld in als ‘de vergewisplicht’. De wet belandt dit jaar in De Eerste Kamer.

 

2012

Relevante documenten:

De toenmalige directeur van De Rode Draad, doet haar  betoog.

Tijdens deze hoorzitting treedt ook de burgemeester van Amsterdam, Van der Laan op.

2012_VVR_Notitie Expertmeeting EK juni

2012 12 juni verslag zitting in de Eerste Kamer

2012 brief De Eerste Kamer

Op 30 oktober besluit De Eerste Kamer de wet aan te houden.

2013

Het wetsontwerp staat op de agenda van de Eerste Kamer, aanvankelijk voor 7 mei. Maar op 6 mei  bleek dat de behandeling tot eind mei was uitgesteld.

Documenten:

2013 schriftelijk overleg

2013 herbezinning

Concept Algemene Maatregel van Bestuur  AMB

De Vereniging Exploitanten Relaxhuizen protesteert tegen de wet.

In mei 2013 buigt de Eerste Kamer zich weer over de wet. (Zie hier verslag) De ‘vergewisplicht voor klanten’ wordt ingetrokken. Minister Opstelten schrijft weer een brief. Hij beantwoordt ook vragen van Kamerleden. In juli gaat de wet definitief in de ijskast.  (Zie verslag Eerste Kamer)  Klik hier voor de Wetsgeschiedenis zoals die is beschreven op de site Vrijbit. Er ligt nu een novelle die weer naar De Eerste Kamer moet. De geruchten gaan dat de behandeling wordt uitgesteld tot na de Provinciale Staten Verkiezingen in 2015. In juli 2013 proberen gemeenten een eigen manier te vinden om sekswerkers te registreren. Zie het artikel over de Kamer van Koophandel.

Zie ook het artikel over klantcriminalisering en de geschiedenis van de registratie.

 

 

Inhoud Artikel