In Engeland hingen sekswerkers advertenties op in telefooncellen. Anno 2013 staan er nog een paar op Russell Square, Londen, bij wijze van museum.

De seksindustrie heeft altijd nieuwe technische mogelijkheden benut. Dit begon al in de middeleeuwen, toen door de uitvinding van het fornuis het verschijnsel ‘badhuizen’ – bekende plekken voor clandestiene prostitutie- een enorme stimulans kreeg. Vooral in Rotterdam werd toen het badhuis gelijkgesteld aan een bordeel. [I] J.W. Verkaik, Persoonlijke communicatie.

Sekswerkers zijn altijd heel mobiel geweest. Tot de komst van het treinverkeer van en naar Rotterdam vanaf 1877 verplaatsten mensen zich vaak per boot. Men reisde wel per koets en wie zich een paard kon veroorloven kwam te paard. Ook te voet legden mensen grote afstanden af.

De auto bood weer nieuwe mogelijkheden. Vliegverkeer maakte intercontinentale mobiliteit mogelijk. De laatste jaren maken sekswerkers uit ‘de nieuwe EU landen’ gebruik van goedkope buslijnen.

In de tijd dat de telefoon werd geïntroduceerd, was men bang dat de prostitutiewereld daardoor gemakkelijker in het geniep zou kunnen opereren. De seksbioscoopjes en clubs profiteerden ook van de technische ontwikkelingen op het gebied van filmvertoningen. De auto maakte ‘bermprostitutie’ mogelijk maar verdween ook weer door het toenemend verkeer. Enkele technische snufjes die het de prostitutiewereld gemakkelijker hadden gemaakt, zijn in vergetelheid geraakt. Dat geldt bijvoorbeeld voor Minitel, een Frans communicatienetwerk dat in 1982 van start ging. De abonnee kreeg een terminal en een toetsenbord en had daarmee toegang tot een teletekst-achtige dienst. Sommige van deze diensten waren gratis, andere niet. In 1986-1987 meldden Nederlandse gebruikers dat exploitanten van seksbedrijven ook bij Minitel adverteerden.[II]Leidsche Courant 27-1-1987

Daarna kwamen er ‘dure’ 06-lijnen. Tot 1 oktober 1996 waren de sekslijnen te herkennen aan het getal 06 aan het begin van het nummer.  Velen maakten gebruik van babbelboxen met namen als Rode Orenlijn. De PTT moest zich toen verdedigen tegen het argument dat zij zich inliet met een vorm van souteneurschap.[III] Leidsch Dagblad 28-6-1988 In de tweede helft van de jaren negentig breidde de mobiele telefonie zich uit.

Dat leidde tot ongerustheid. Enkele leden van de gemeenteraad Rotterdam maakten zich in 2006 zorgen over de illegale sekswerkers die achter de 06 nummers zaten en die regelmatig in lokale bladen adverteerden. Maar 06 nummers zijn per definitie niet beperkt tot één regio. Het mobieltje en het internet hebben een impuls aan thuiswerk en escort gegeven.

In 2012 adverteerden sekswerkers nauwelijks meer in lokale kranten. Het internet bood  goedkopere mogelijkheden. Bovendien is het gemakkelijk om op het net redelijk anoniem te blijven.
Er doen wilde verhalen de ronde over de omvang van de prostitutie die op internet wordt aangeboden. Sietske Altink en Henk Wagenaar deden daar onderzoek naar. 

Terug naar inhoudsopgave boek

 

Noten

Noten
I J.W. Verkaik, Persoonlijke communicatie.
II Leidsche Courant 27-1-1987
III Leidsch Dagblad 28-6-1988