Interieur gezondheidscentrum in Antwerpen, dit diende als voorbeeld voor Amsterdam

Interieur gezondheidscentrum in Antwerpen. Dit diende als voorbeeld voor Amsterdam.

Vóór de wetswijziging van 2000 was de geslachtsziekte- controle voor sekswerkers in clubs in handen van zogeheten clubartsen. Ze bezochten en behandelden sekswerkers op de werkplek. Sekswerkers lieten die controles meestal niet door hun huisarts uitvoeren omdat ze hem/ haar geen deelgenoot maken van de wijze waarop ze hun brood verdienden. En niet alle huisartsen vonden die controles hun taak.

De komst van de clubarts voorkwam lange wachttijden bij de geslachtsziektepoli’s. Een ander voordeel was de discretie; de sekswerker liep geen gevaar door buurtgenoten in de wachtkamer herkend te worden. Ook behandelden zij de vrouwen die niet over de juiste papieren beschikten. En niet onbelangrijk; zij verschaften de vrouwen soms ‘afslankpillen en drugs.’ Zo schreef de ‘hoerenarts’ Groothuyse onbekommerd in zijn boek over de arbeidsstructuur van de prostitutie (1970) dat hij vrouwen soms peppillen op recept gaf.

Maar niet iedereen was tevreden. Sommige vrouwen werden door exploitanten gedwongen van de diensten van deze artsen gebruik te maken. Weigerden ze dit, dan mochten ze bijvoorbeeld niet aan het werk in bijvoorbeeld het meest lucratieve bordeel in Amsterdam. In 2004 vertelde een vrouw dat je alleen in theorie kon weigeren naar die arts te gaan.

In de tweede helft van de jaren tachtig en de jaren negentig van de vorige eeuw regende het klachten over het slechte werk dat zij leverden, hun onethisch gedrag en de hoge prijzen die zij berekenden. De vrouwen moesten dit in het algemeen zelf betalen en kregen niet eens bonnetjes van deze artsen.

Hoge kosten

Sommige van deze artsen waren nauwgezet en werkten met erkende ziekenhuizen en laboratoria samen. Maar dat gold niet voor alle clubartsen. Een arts in Den Haag, ooit door het medisch tuchtcollege uit zijn functie als gynaecoloog ontheven in verband met illegale abortussen maar nog wel als basisarts mocht werken, was berucht. Hij rekende tien euro voor een aspirientje. (Informatie uit 2003 van een sekswerker). Dit aspirientje presenteerde hij als een ‘antibioticum’.

Dan zeiden ze, de dokter is er, je moet naar boven, dan zat je in zo’n klem, je kreeg een vogelbekkie naar binnen, een wattenstokkie in je mond en van achteren. Dat werd van je loon afgetrokken, dat kostte vijf tientjes. Als je daarna bij de baas werd geroepen had je wat. Als dat het geval was, werd je eruit gegooid. (Interview 1988)

Een ander verwijt aan de Haagse arts was dat hij – geheel in strijd met de medische ethiek- de uitslagen doorgaf aan de exploitant, die vervolgens de besmette vrouwen ‘ontsloeg’. Daarin was hij niet uniek. In Twente was een arts actief die migranten ongevraagd screende op aids en de uitslagen aan de exploitant verstrekte, die de seropositieve (met hiv besmette) sekswerkers eruit gooide. [ii] Uit Limburg kwam een melding dat een clubarts de exploitanten op de hoogte stelde van de uitslagen. In Eindhoven vond zo’n arts het  aan het einde van de jaren negentig normaal dat de clubarts van dienst de vrouwen in de huiskamer van de exploitant in zijn aanwezigheid en van zijn vrouw de sekswerker onderzocht.  [iii]

In Rotterdam speelde er in de tweede helft van de jaren negentig een gevalletje ‘belangenverstrengeling’. Een clubarts verkocht daar allerlei middeltjes van zijn broer, die een groothandel dreef in erotische producten. Berucht was de bye- bye crème, een uiterst onbetrouwbaar middel tegen aids, dat met behulp van exploitanten aan sekswerkers werd gesleten.  Het gedrag van een van de clubartsen werd zelfs een exploitant in Dordrecht te gortig. Hij vertelde (1987):

Dokter De K., die naar verluidt gok verslaafd was, liet vrouwen injecties betalen hoewel ze niet ziek waren. Hij is een keer hier geweest, stomdronken en zei: ‘Ik ben dokter De K.’ Ik liet hem toch entree betalen. Hij bedreigde mij. Hij was alleen op geld uit.

Medisch slecht werk

Soms leek het erop dat sommigen van die artsen nog geen druiper (gonorroe) van een snotneus konden onderscheiden. Een van deze artsen had een vrouw met syfilis namelijk alleen een pijnstiller gegeven. Deze artsen maakten niet altijd een kweek, waardoor de uitslag van het onderzoek slechts giswerk was. Uit Zeeland kwam de klacht [i] dat een arts voor 75 gulden aan een uitstrijkje van de vrouwen snuffelde en het vervolgens weggooide. In 1990 meldde een mij bekende sekswerker dat een clubarts had gezegd dat het oplopen van aids een toevalstreffer was; condoomgebruik zou maar een beetje helpen. Er zijn ook  incidenten gemeld van artsen die vrouwen uit winstbejag lieten betalen voor injecties met kraanwater.

Onethisch handelen

Interieur Prostitutie en Gezondheid in Amsterdam.

Interieur Prostitutie en Gezondheid in Amsterdam.

Je betaalde hem 25 gulden per consult, maar je bleek altijd wel de een of andere schimmelinfectie te hebben. Dat kreeg je een crèmetje of een pil. Dat leverde hem weer geld op. (…) Ik had een arts die me altijd liep te vingeren. Daar heb ik aangifte van gedaan.’

Ook over andere clubartsen kwamen klachten over seksueel misbruik. [iv] Daarnaast waren er klachten dat deze artsen signalen van mishandeling negeerden.

In de folder over de wetswijziging van 2000 stond dat het recht op vrije artsenkeuze een feit was. Maar dat was kennelijk nog niet overal doorgedrongen zoals in de dure club in Amsterdam. In 2004 is er overleg geweest tussen De Rode Draad, andere partijen en Stichting Soa Bestrijding over deze kwestie. Toen werd de oplossing bedacht dat clubartsen voortaan door de GGD goedgekeurd moesten worden. Een andere oplossing vormen de gezondheid/ dienstencentra voor sekswerkers zoals die in Amsterdam en Den Haag naar Antwerps voorbeeld zijn opgericht. Daar zijn goede laagdrempelige testmogelijkheden. Dit is gratis. Een meer uitgebreid onderzoek wordt tegen een normale vergoeding verricht. De kosten daarvoor kunnen sekswerkers als beroepskosten aftrekken.

Sietske Altink

 

Inleiding: prostitutie en soa

Geschiedenis van de Syfilis

Artsen  en prostituees  in de negentiende eeuw

De komst van aids in de prostitutiewereld

Geschiedenis van het condoom

[i] Platform 8-4-1994. Dit werd gemeld op een bijeenkomst van het platform ‘migrantenprostituees’.

[ii] Persoonlijke communicatie een medewerker van St Soa bestrijding, 15-10-1998

[iii] Gesprek met sekswerker en de GGD. Februari 1999

[iv] Platform Overleg 25-11-2003

Inhoud Artikel