Vanaf de 18de eeuw zijn er plannen gemaakt om ‘het ideale bordeel’ vorm te geven. Aanvankelijk werd het ideaal vooral vanuit ‘de klant’ geformuleerd. Het maakte meestal deel uit van een voorstel om tot een algehele regulering van prostitutie te komen.
In Engeland scheef Bernard Mandeville in 1724 onder het pseudoniem Harry Mordaunt A modest Defense of Publick Stews, Or an Essay Upon Whoring, As it is now pracris’d in these Kingdoms. (Stews= bordelen, SA). Daarin stelde hij voor staatsbordelen op te richten die onder het beheer van een ervaren ‘matrone’ moesten komen. Artsen dienden haar bij te staan. Dit zou soldaten gezond houden en extravagantie tegenover minnaressen, de ‘privéhoererij’, tegengaan. Officiële bordelen zouden ook voorkomen dat ‘privéhoererij’ onwettige kinderen voortbracht, die het risico liepen geaborteerd of vermoord te worden. Dit laatste heette ook wel engeltjes maken: men liet de baby’s gewoon verhongeren. Een deel van de opbrengsten van de bordelen wilde hij bestemmen voor een tehuis voor de ‘bastaarden’. Zijn plan leek vooruit te lopen op de gereguleerde bordelen van de 19de eeuw met de verplichte medische keuringen.
In 1770 verscheen Le Pornographe van de Franse schrijver Restif de la Bretonne. Daarin ontvouwde hij zijn plannen voor zijn ideale bordeel: het Parthenon. Daar boden de prostituees voor elk wat wils. De ‘sunamites’ (genoemd naar de bruid in het Hooglied in de Bijbel) onder hen bootsten societydames na. De berceuses (wiegsters) waren in staat overspannen mannen in slaap te krijgen. De restauratrices moesten zich vooral bezighouden met oudere mannen. Zoals de naam al suggereerde, konden de chanteuses lieflijk zingen.
Het Parthenon was echter – als het gerealiseerd zou worden- een allesbehalve prostituee- vriendelijk bordeel. Zo kregen de vrouwen een jaar gevangenisstraf als ze een abortus ondergingen. Als ze een mooie dochter baarden, moest dat kind vanaf haar tiende een opleiding tot prostituee volgen. Hij verbood ook ouders hun dochters terug te halen. De vrouwen kregen hun klanten niet te zien. De laatsten selecteerden de vrouwen op nummer; lelijke vrouwen werden via een soort tombola aan de man gebracht.
Het ontwerp van het Parthenon was zijn manier om wraak te nemen op zowel prostituees als op zijn werkgever. De laatste had hem door middel van een list met een prostituee laten trouwen. Zo strafte hij de La Bretonne die zijn vrouw had verleid.
De Franse architect Ledoux (1736-1806) heeft ook geprobeerd het ideale bordeel vorm te geven. Die ideeën ontwikkelde hij toen hij in dienst van de koning in 1773 de opdracht kreeg gebouwen voor een zoutmijn te ontwerpen. Hij greep dit aan om een ideale stad met bordeel en al te bedenken. Dit bordeel – Oikema geheten- had de vorm van een fallus. Ledoux vond dat een jongeling de macht van de fallus moest erkennen om die te kunnen overstijgen. De fallus stond symbool voor de vruchtbaarheid die pas tot haar recht kan komen wanneer verdorvenheid was bestreden.
De ideale stad van Ledoux was gebaseerd op de opvoedkundige ideeën van Rousseau en de mystiek van de vrijmetselarij. Ledoux heeft het plan niet kunnen realiseren, alleen de fabriek werd gebouwd.
Later zouden meer architecten hun fantasie botvieren op ideale bordelen. Het eerste voorstel dat niet vanuit klanten, maar vanuit het welzijn van de prostituees werd geformuleerd- bevatte aanbevelingen voor de werkomstandigheden. Zie het voorstel van E.Hulst. (1900). De volgende stap is het seksbedrijf van de sekswerkersvriendelijke exploitante, bij voorkeur een ex- sekswerker. Nu is het ideale bordeel een bedrijf met sekswerkerszelfbestuur.
Lees de andere twee artikeltjes in deze minireeks:
Het ideale bordeel in de tweede helft van de twintigste eeuw
Sietske Altink