In een metrostation in Stockholm. Waarschuwing tegen mensenhandel.

In een metrostation in Stockholm. Waarschuwing tegen mensenhandel.

Tegenwoordig is het moeilijk prostitutiebeleid te beschrijven zonder het af te bakenen van mensenhandel, tot 2005 vrouwenhandel geheten. [i] Dit heeft twee redenen. Ten eerste lijkt het doel van prostitutiebeleid steeds meer preventie van mensenhandel te zijn. Dit blijkt bijvoorbeeld uit de Nota van Uitgangspunten 2012- 2017, die de gemeente Amsterdam in juni 2012 heeft gepubliceerd. Daarin staat dat het beleid ten doel heeft misstanden te bestrijden, waarvan mensenhandel de meest ernstige vorm is. Ook de stad Utrecht heeft haar prostitutiebeleid bijna geheel in het teken van de aanpak mensenhandel gesteld. (Projectgroep Proeftuin Zandpad, 2012)

Ten tweede gebeurt dit toespitsen van beleid op bestrijding van mensenhandel tegen een achtergrond van beweringen van diverse mensen dat mensenhandel sinds de legalisering van de bordelen in Nederland in omvang is toegenomen. (Roessingh en Ramesar, 2011). Dit valt moeilijk hard te maken, zo zullen we laten zien.

Het is al een probleem dat men verschillende definities hanteert. Dit is terug te vinden in de moeizame pogingen uit het recente verleden om tot een delictsomschrijving te komen. We onderzoeken daarbij de veronderstelling dat de gangbare delictsomschrijving de bestrijding van vooral de economische uitbuiting in de prostitutie niet voldoende handvatten biedt.

Deze artikelenreeks bestaat uit de volgende onderdelen:

De ontstaansgeschiedenis. Dit onderdeel behandelt enkele verschijnselen die pas toen het element ‘slavernij’ in de discussie opdook, vrouwenhandel werden genoemd: verkoop van vrouwen aan bordelen, wurgcontracten, afhankelijkheid van pooiers en dwang tot seksualiteit.

De aard van het probleem. Toen vrouwenhandel in de jaren tachtig weer op de politieke agenda kwam, ontstond er een discussie over de aard ervan; is het een vorm van seksueel geweld, of van georganiseerde misdaad of is het een schending van mensen/ arbeidsrechten?

De delictsomschrijving en haar componenten. In dit onderdeel staan we stil bij de delictsomschrijving die het resultaat was van die discussie over de diverse componenten en de samenhang daartussen. Vooral de relatie tussen ‘uitbuiting’ en ‘dwang’ bij de werving, lijkt verwarrend te werken. We bekijken hoe dit alles in de praktijk wordt vertaald in de zogeheten signalenlijsten en vervolgens besteden we aandacht aan de moeilijke taak van de politie om een aangifte op te nemen die voldoet aan de delictsomschrijving.

De slachtoffers. Hierin komen de slachtoffers en mensenhandelaren aan de orde.

Het beleid en beleidsmaatregelen. In dit onderdeel beschrijven we de relatie van mensenhandel met het beleidsregime. In dit verband onderzoeken we de claim van Roessingh en Ramesar (2011).

Wagenaar en Altink

Van vrouwenhandel naar mensenhandel is een ongepubliceerde bijlage bij het Internationaal Vergelijkend Onderzoek.

Lees verder

 


[i] In beschrijvingen die betrekking hebben op de periode voor 2005, hanteren we de term vrouwenhandel. Vanaf 2005 hebben we het over mensenhandel. Het delict mensenhandel heeft ook betrekking over het in de prostitutie brengen van minderjarigen. Dit is niet omstreden en derhalve laten we dit uit de discussie.